De verhalen vooraf waren behoorlijk eensgezind en deprimerend: De Praagse Karelsbrug is een toeristenmagneet. Niet bepaald aanlokkelijk, maar ja Praag bezoeken zonder deze brug is als Pisa met een bezoek vereren zonder toren. Kortom, take me to the bridge!
Ondanks het vrij vroege uur is de brug al behoorlijk gevuld met mensen. Ach, kijk nou, wat leuk, iemand maakt een selfie en even verderop maakt men alsmaar foto’s van elkaar. Enorm koddig om te zien, maar dat vertederende gevoel verdwijnt rap als de hele brug vol staat met mensen die schaamteloos ‘The Age of Narcissus’ vieren. Maar goed joh, een ieder heeft leut op zijn eigen manier, denk ik mild en begripvol.
Een opvatting die we ook horen van een fotograaf die op de brug al 27 jaar zijn foto’s probeert te verkopen. “Het is om gek van te worden. Wat doen al die toeristen? Die komen de brug op en maken selfies, foto’s van duiven bovenop de beelden, ze kopen Matroesjka’s (die dingen zijn Rússisch!) en afbeeldingen van John Lennon (uit Liverpool!)”.
Terwijl hij de micro kosmos op de brug uitlegt komt er een mannetje langs dat stiekem een foto maakt van zijn foto’s. “Hé, je kan ze ook gewoon kopen hoor”, roept hij de stiekemerd lachend toe. Deze geeft geen krimp. “Ook dat gebeurt de hele dag. En de zaken gaan al zo moeizaam hier.” Maar hij geniet er elke dag van. “Ik heb paar jaar op een kantoor gewerkt, met een pc, collega’s en een manager. Gek werd ik ervan”. Een feest der herkenning voor Anat en mij.
Naast hem heeft zich ondertussen een muzikant geïnstalleerd. Het is een bespeler van de Australische didgeridoo. Nu ben ik erg van de melodie in muziek, maar dat valt hier niet te bespeuren. De fotograaf ziet blijkbaar mijn auditief ongemak. “Een aardige gozer hoor, maar na een tijdje trek ik het niet meer.” Vervolgens haalt hij zijn koptelefoon tevoorschijn. “Ik moet me dan even afzonderen.”
Verderop de brug zijn er de nodige stalletjes, en inderdaad, overal het hoofd van Lennon. Ondertussen wordt het alsmaar warmer en ook drukker. De ene stoet toeristen volgt de andere op. Af en toe schiet er een inwoner van Praag doorheen. Niet op- of omkijkend en in kaarsrechte lijn marcheert hij door de menigte. Een menigte mensen die zich vergaapt aan het geweldige uitzicht. Over de rivier de Moldau met al zijn bruggen en op de heuvel met de Burcht met heersend bovenop de St. Vitus Kathedraal.
Het is een fascinerend plekje deze Karlův most (dat is Tsjechisch). De wereld kent vele beroemde bruggen van de Erasmusbrug en de Brooklyn Bridge en, uiteraard, de Eurobiljet-bruggen in Spijkenisse, maar deze heeft wel erg veel charme.
Een charme die extra lading krijgt als we later in de week ’s avonds weer die kant op gaan. De zon is dan net achter de Burcht verdwenen en een ‘zachte kalmte’ valt over Praag. Opnieuw is het enorm druk. Nu geen gidsen met slaafse volgers of ladingen selfie-schieters, hooguit een stuk of 80. Mensen kletsen wat met elkaar of staren in alle rust over de rivier.
En als het licht van moeder natuur verder uit gaat wordt de sfeer alsmaar mooier. De brug bezwijkt bijna van al die nationaliteiten, maar niemand die elkaar dwars zit. Dan zie ik het beeld van St. Christopher met Christusje op zijn stevige schouder. Ik bespeur een mooi detail met de halve maan aan de hemel die ik op de staf van het beeld fotografisch kan ‘surrealistischen’. Na de klik komt een Noorse collega naar me toe met zijn duimen omhoog en geeft zijn complimenten. “Godt sett. Godt sett” (dat is Noors).
Naarmate de avond vordert neemt het aantal wandelaars alleen maar toe. Eigenlijk is dit plek waar ik niet weg wil. Ik loop nog nèt niet te stampvoeten dat ik wil blijven. Ja, het is megalomaan toeristisch maar ook enorm, excusez le mot, gezellig. Maar realist als ik ben weet ik dat het afscheid van de Karelsbrug daar is.
Hé, daar is de fotograaf van een paar dagen geleden weer! Hij is zijn boeltje aan het opruimen en als hij ons ziet pikken we de draad van ons gesprek weer op. Het was geen beste dag geweest. Na 10 uur heeft hij 1 foto kunnen verkopen. Hij vertelt ons dat het licht nu niet zo mooi, hoewel wij dat met onze beperkte kennis totaal anders ervaren. “Nee”, drukt hij ons op het hart, “jullie moeten hier komen in januari of februari. Dan zijn er weinig toeristen en is het licht magisch. Vooral doen”. Nu hebben wij de neiging soms nogal regelmatig redelijk extreem eigenwijs te zijn, maar dit advies gaan we absoluut opvolgen. Sbohem Karlův most!
*** Geen blog missen? Vul dan hieronder uw email adres in ***
—
Hartstikke leuk, Erwin. De rapportage herinnert mij weer aan onze vakantie in Praag. De brug is inderdaad fantastisch. De rest van de stad ook trouwens. Blijf schrijven!!!
Mooie foto’s in een leuk verhaal.