De man voor de ingang kijkt met een vriendelijke blik naar de mensen die zojuist zijn woning hebben verlaten. “Wat is hier allemaal te doen?”. Hij doet een stap opzij en leidt me naar binnen. Welkom in het huis van kunstenaar Rudi Atman. Dit weekeinde staat zijn voordeur open in het kader van Schiedams Open Monumentendag.
Voordat ik de boel goed in me kan opnemen vraagt Atman naar het waarom van die zware camera om mijn nek. Ik vertel hem dat ik Schiedam op een andere, meer dynamische manier in beeld wil brengen. Niet de focus op draaiende molens en vaak lege historische straten. Op zich totaal niets mis mee, maar Schiedam biedt zoveel meer. Terwijl de fluisterboot met toeristen langs dobbert begin ik over mijn stokpaardje dat mensen de stad haar ziel geven en niet stapels stenen. Het verhaal van de stad omvat veel meer. Dat raakt een snaar bij Atman. Het liefst zou hij van de daken schreeuwen hoe geweldig deze stad is. Maar schreeuwen is niet zijn ding. Zijn aanpak is subtiel. En dat raakt een snaar, bij mij.
Zonder dat ik er erg in heb vertelt hij de geschiedenis van Schiedam aan de hand van zijn woning vanaf 1560. Hoe de stad door de eeuwen is gegroeid aan zijn kant van De Schie, het waarom van de naam Ooienvaarsbrug en de herkomst van het “ondergeschoven kind”. Dat laatste laat hij zien via een zelfgemaakte maquette van zijn woning. Niks geen miskend kind, maar een bedstede in een soort muurkast om ruimte te besparen.
Na enige tijd komen er buurtgenoten binnen. Ja, ‘oer’ Schiedammers schelden vaak op hun stad, maar o wat zijn ze er trots op. Altman straalt dat van oor tot oor uit, hoewel zijn wieg in Bandung stond. “Ja”, zegt hij zachtjes en ingetogen na een klein uur, “ik hou van Schiedam”.
Iedereen is het met hem eens, maar ik voel even mijn standaard oprisping opkomen bij zulke woorden. Vrijwel op hetzelfde moment besef ik echter dat ik het hartgrondig met hem eens ben: Ik hou ook van Schiedam. Mede dankzij het verhaal van deze stadsambassadeur en dankzij onze trektochten door Schiedam het afgelopen jaar.
Hoi Erwin, ik ben blij met je blog. Ga zo door!